Het is een sjieke zaak en wat er buiten op een krijtbord met een keurig vloeiend handschrift geschreven staat…, ja, dat staat mij wel aan. Zonder enige twijfel stap ik naar binnen en wacht beleefd tot de gastheer naar mij toekomt en mij een plaats toewijst. ‘Goedemiddag, u heeft besproken, meneer?’ Ik schud van nee. De gastheer kijkt mij meewarig aan. ‘Niet besproken en u bent alleen, meneer?’ Je ziet hem denken ‘wat een sukkel.’ Ditmaal knik ik ja. De gastheer loopt voor mij uit. ‘U kunt hier plaatsnemen, meneer.’ Ik ga zitten en hij reikt mij de menukaart aan. ‘Buiten het menu hebben we vanavond nog een speciaal wildarrangement voor u, meneer. Ik kan het u ten zeerste aanbevelen.’ Ik knik instemmend. ‘Ja, dat lijkt me wel wat, ik laat me door u en de kok verrassen.’ ‘Is goed, meneer’. De gastheer maakt een lichte buiging en verwijdert zich van het tafeltje. Na enige minuten herschikt een jongedame mijn tafel en kijkt me vriendelijk aan. ‘Kan ik u van dienst zijn met het inschenken van water, meneer, bruisend of plat?’ ‘Plat graag’, antwoord ik. Ze opent een blauwe fles water – wat mij betreft kan het ook spiritus zijn – en schenkt een van de glazen vol.
De gerant komt aan tafel met een fles rode wijn. Hij kijkt mij ietwat schichtig aan. ‘U heeft voor het verrassingsmenu gekozen, meneer?’ ‘Ja, dat lijkt mij wel wat’, beaam ik. De gerant maakt als een bezetene de wijn open en plenst de wijn in het glas. ‘Hier, proef maar eens, is het wat?’ Verbaasd kijk ik hem aan. ‘Pardon?’ ‘PROEVEN . . . . NU!’, schreeuwt hij tegen mij. Verschrikt neem ik een teugje van de wijn. ‘Gatver, niet te drinken, wat is dit? Azijn of zoiets?’ De gerant heeft zich al uit de voeten gemaakt zonder het antwoord af te wachten. Ondertussen komt de jongedame uitserveren. Zonder mij een blik waardig te gunnen, smijt ze drie borden op tafel. ‘Hier … .’ Ik zit als versteend op mijn stoel. Wat gebeurt hier allemaal? Dit pik ik niet en ik wenk met gebaren de gastheer, hij kijkt me met een minderwaardige blik aan en negeert me daarna volledig. Het bloed stijgt naar mijn hoofd van woede ‘HÉ, JIJ DAAR, KOM EENS HIER, JOH’, schreeuw ik. Het is ineens doodstil in het restaurant en verschillende gasten kijken mij verschrikt aan. Uit de keuken zie ik de kok aan komen lopen en samen met de gerant en de gastheer mijn tafeltje naderen.
‘Had jij wat, eikel, wat is er niet goed aan?’ Hij kijkt naar de drie lege borden. De kok ziet er dreigend uit, met zijn opgestroopte mouwen. ‘Wat zullen we verdomme nou beleven?’ schreeuw ik en probeer op te staan. De gerant duwt me terug. ‘Luister, meneer, besteld is besteld, laat dat duidelijk zijn.’ Met een ruk sta ik op en geef de gerant een duw. ‘Ben je nou helemaal bedonderd, ik ga hier weg.’ ‘Dat lijkt me geen goed idee, meneer, hier blijven, jij.’ De kok doet een uitval naar mij met een mes en er ontstaat een enorme vechtpartij met veel kabaal en omvallend meubilair. Ik moet het onderspit delven tegen het drietal en met mijn laatste krachten kruip ik richting uitgang. De gerant, die ik zo-even een enorme klap voor zijn hoofd heb gegeven, valt kreunend naast me neer. ‘De rekening, meneer’, zegt hij beleefd. Door het bloed, dat in mijn ogen zit, heen, zie ik wat er staat:
Speciaal wildarrangement
- Voorgerecht – Bestaande uit verschillende grove beledigingen
- Hoofdgerecht – Vechtpartij met drie personen
- Dessert – Bij het verlaten van het restaurant een mes of vork naar keuze in de rug.
Prijs per persoon € 100,=
‘Alstublieft, meneer uw dessert’, hoor ik vaag uit de verte.
Ik voel een scherpe pijn in mijn rug. Ahhhh, een vork zo te voelen.